Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [62]Dat nu de koning, een wachter, namelijk een heilige gezien heeft, van den hemel afkomende, die zeide: Houwt dezen boom af, en verderft hem; doch laat [63]den stam [met] zijn wortelen in de aarde, en [64]met een ijzeren en koperen band in het tedere gras des velds, en in de dauw des hemels nat gemaakt worden, en dat [65]zijn deel zij met het gedierte des velds, totdat er zeven tijden over hem voorbijgaan; 62. Dit is de uitlegging van het tweede deel van den droom, vs.13, enz. 63. Dat is, de stam, mitsgaders de wortels, opdat hij te zijner tijd wederom moge opschieten. 64. Tot een teken dat hij als met geweld in dien lagen staat zou vastgehouden worden, totdat zeven tijden over hem zouden gegaan zijn. 65. Te weten het deel desgenen, die door dien boom beduid werd.